Oef, dat was ik even niet meer gewend, het was gisteren best
laat. Ik ben wel als eerste op en maak dus maak alvast koffie en thee.
Mijn voorstel om American Pancakes te maken wordt resoluut
van de hand gewezen, het is duidelijk, Paul en Sylvia verheugen zich al
helemaal op de zondagslunch in een goed restaurant en willen daar zo veel
mogelijk ruimte voor vrij houden. Het ontbijt bestaat dus uit voor ieder een
yoghurtje en een kop koffie.
Terwijl ik van mijn tweede koffie geniet en
langzaam een boek op mijn e-reader lezend verder wakker wordt gaan Paul en Sylvia de
eetlust nog wat verder opwekken door baantjes te trekken in het zwembad. Nou
ja, baantjes trekken, na 7 slagen is het weer keren geblazen, want dan heb je
de hele lengte van het zwembad gehad. Ik vind het in ieder geval sportief maar stel
het zwemmen toch maar even uit tot vanmiddag.
Voor we gaan lunchen brengen we nog een bezoek aan Toiano,
het vrijwel volledig verlaten gehucht een aantal kilometers hier vandaan.
Toiano wordt ook wel het Borgo Fantasma, of spookdorp genoemd. Waarom dat is
kan je lezen in mijn eerdere blog over Toiano la Brota. Wij zijn er dus al eens geweest maar omdat
het restaurant waar we gaan lunchen er vlak bij ligt leek het me wel leuk om
Sylvia hier mee naartoe te nemen.
Aangekomen in Toiano parkeren we de auto op de afslag
richting Palaia en lopen langs de prachtig gelegen begraafplaats en over de
vervallen brug naar het dorpje. Er hangen nog wat vergeelde briefjes met de vraag of bezoekers wat kerstversiering willen achterlaten om het dorp op te vrolijken voor de kerst. De briefjes zijn behoorlijk verweerd en hingen er vorig keer nog niet. Er hangt
ook ergens 1 kerstbal aan een hek. Ik geloof niet dat het nou zo’n heel erg
gezellige kerst is geworden.
Er zijn nu wel meer huizen afgesloten of in ieder geval
afgezet met hekken zodat je er niet meer in kunt. Het bord over de
herontwikkeling is weg. Waarom dat is komen we snel achter want als we terug
lopen en nog even staan te kijken naar het ene huis dat nog steeds bewoond is
komt er een man op ons aflopen. Hij ziet er niet echt uit als de zonderling die
hier al jaren woont. In eerste instantie is hij een beetje argwanend en vraagt wat we komen
doen maar als we vragen stellen over de staat van het dorp en hij er achter komt dat we al vaker zijn
geweest en echt geïnteresseerd zijn zonder kwade bedoelingen vertelt hij dat
hij er een paar weken zit een huis aan het begin van het dorp bij de brug.
|
Paul en Sylvia in gesprek met de architect |
Het blijkt dat hij een architect uit Milaan is, die
overigens ontzettend goed Engels spreekt, en dat hij vorig jaar heeft
meegewerkt aan het opruimen van de omgeving van het dorp. Het bord dat we dus
in het najaar zagen ging niet over de restauratie van de huizen maar de
“restauratie” van de omgeving. Hij nodigt ons uit om binnen in zijn appartement
te komen kijken. Daar waren we in eerste instantie gewoon langs gelopen maar
als we er binnenstappen blijkt het vanbinnen toch prachtig opgeknapt te zijn
met schitterende grote ramen die op de omgeving uitkijken. Toen ik er vorig
jaar langs liep en een bordje zag dat het bouwval te koop was dacht ik nog “ja
hoor, geloof je het zelf met die rotzooi, dat staat toch op instorten”. Ik
vermoed wel dat dit één van de beter bewaarde huizen is geweest want vorig jaar
ben ik ook in panden geweest waar het hele dak en de tussengelegen verdiepingen
op de beneden vloer lagen. Binnen zit een leuke jonge vrouw, zou zo maar zijn
dochter kunnen zijn maar ik vermoed dat het zijn vriendin is.
|
Het gerestaureerde huis |
Als Paul vertelt dat hij Urban Historian is en wel
geïnteresseerd is in het renovatieproject is het ijs snel gebroken en worden er
visitekaartjes uitgewisseld. Ik ben benieuwd of er ooit wat van gaat komen want
het is duidelijk dat de gemeente en de provincie er geen geld voor overhebben en de architect klaagt over bureaucratie,
maar je weet nooit. Misschien een mooi semi-retirement project voor Paul. Die
is namelijk bang dat hij zich snel gaat vervelen als we voor langere tijd in Toscane
zouden zijn.
Ik heb voor ons drieën om half 1 de lunch geboekt bij Villa
Lena, een goed uitziend landhuis tussen Toiano en Palaia dat tegenwoordig als
agriturismo dient. Toen we vorige keer door reden naar Palaia kwamen we daar
langs. Het zag er best goed uit en de beschrijving op hun website dat ze elk
seizoen een eigen “chef in residence” hebben die de keuken komt verrijken sprak
me wel aan:
“In order
to provide an evolving menu there is an international chef-in-residence
program, which enables visiting chefs to curate a season and share their vision
and recipes for organic and sustainable eating. Each chef brings their own take
on local produce and seasonal ingredients foraged or grown on the estate”
Nou, de huidige chef heeft blijkbaar wel een heel
eigenaardige kijk op op dit seizoen want onze teleurstelling is groot als we de
het “restaurant” binnen stappen. Er hangen wat mensen een beetje lusteloos rond
in wat voor het restaurant door moet gaan en ik zie eigenlijk niemand eten. Er stapt een jongeman op ons af en nadat ik
heb aangegeven dat ik heb gereserveerd voor de pranzo loopt hij naar een balie
waar hij een paar blaadjes met opdruk pakt.
Hij vertelt ons dat we hier het menu en de
drankjes op kunnen aankruisen. We kunnen zelf kiezen wat we willen van het
buffet.
"WTF, hoezo buffet?”
We kijken om ons heen en zien op een soort formica
tafeltje twee schalen met pasta’s onder een soort warmhoud lamp staan. Je weet
wel, zo’n lamp die eigenlijk bedoeld is om in een restaurant even een gerecht
een minuutje onder te zetten als de ober met twee andere borden alvast naar een
tafeltje is om ze uit te serveren. Deze pasta’s en het miezerige bordje
verlepte slablaadjes staan zo te zien echter al sinds het ontbijt onder de lamp
en het is duidelijk dat dit wonder van warmhoud techniek het geheel niet op
temperatuur heeft kunnen houden. De randjes van de penne die volgens mij zo uit
de Barilla verpakking komen zien er hard en verkleurd uit en de saus ziet er
ook uit of deze betere tijden heeft gekend. Althans, dat hoop ik dan maar voor
de saus, want zo te zien koop ik doorgaans bij de Lidl nog betere saus in een
potje.
Ik kijk naar Paul en Sylvia en zie daar dezelfde
teleurgestelde blikken. Tsja, wat er ook gebeurt, dit gaan we echt niet eten.
Met de moed der wanhoop proberen we de jongeman nog duidelijk te maken dat we
niet voor het kliekjesbuffet van vorige week in de recreatieruimte geboekt hebben
maar dat we een reservering hebben voor de a la carte lunch in het restaurant.
Hij kijkt ons wat wazig aan maar is wel bereid om in de keuken te vragen of de
kok nog iets anders in elkaar kan flansen.
Terwijl hij naar de keuken is overleggen we onderling en
zijn er heel snel uit: dit wordt niets, dan gaan we nog lever naar de pizzeria.
Als hij terug komt uit de keuken wachten we niet eens af of de kok nou wel of
niet bereid is om nog een eitje of zo te bakken maar delen hem mee dat dit toch
echt niet is wat we in gedachten hadden. Je maakt ons niet wijs dat er een
Italiaan is die hier genoegen mee neemt voor de zondagslunch.
In de auto doe ik samen met Syl een verwoede poging om toch
nog een goed restaurant te vinden, want anders wordt het echt een pizza. Na
drie opties die alle drie gesloten zijn voor de lunch bedenk ik dat we nog
steeds een keer naar de Locande di Camugliano wilden. Daar had ik geprobeerd
voor de paaslunch te reserveren maar toen zaten ze helemaal vol. Nu bellen we
op en vragen we of we terecht kunnen, want als we aankomen is het wel tegen
twee uur. Dat is echter geen probleem en dus gaan we richting Pontedera en dan
via een onverharde weg naar de Locanda.
Daar staat ons een
heel ander welkom te wachten. Ons plekje op het terras is al gedekt en
we besluiten te starten met een lekker glaasje prosecco terwijl we wachten op
ons voorgerecht: een mooie schaal Toscaanse antipasti maar dan wel van het verfijnder soort en een “millefoglie di melanzane e zucchini” (letterlijk een
tompouce van aubergine en courgette. Echt helemaal super.
|
millefoglie van aubergine en courgette |
|
Antipasti Toscana |
Daarna neemt Paul een pasta met Zucchini en ik kies voor de
pasta met truffel, je weet per slot van rekening maar nooit wanneer je weer een
goede truffelpasta krijgt als we terug zijn in Nederland. Sylvia gaat voor de
tagliata van cinta senese.
|
CinCin |
We sluiten af met een al even heerlijk toetje en zo komt het
toch allemaal nog goed met onze zondagslunch. Hier komen we zeker nog een keer
terug. A la prossima volta.
Terug in Montecchio is het tijd om afscheid te nemen van
Sylvia, want ze moet nog een flink stukje terug rijden naar huis. De afstanden
mogen dan wel niet enorm zijn maar je doet er toch vaak behoorlijk wat langer
over dan in Nederland. Wij ploffen als bio biggetjes in de tuinstoelen en
besluiten spontaan om het avondeten maar over te slaan.
Tegen half 8 melden Monika en Samuele zich want we hebben
afgesproken dat we een drankje gaan doen in Peccioli bij bar La Terrazza om
vervolgens te gaan kijken of we ergens iets mee kunnen krijgen van het concert
van Alvaro Soler in het Anfiteatro Fonte Mazzolla. Daar hadden we eigenlijk wel
naar toe gewild maar toen we aankwamen waren alle kaartjes al verkocht, op een
paar staanplaatsen na. Staan gedurende een heel concert lukt me helaas (nog) niet
dus moesten we verstek laten gaan. Afijn, een drankje op het terras van La
terrazza, met prachtig uitzicht over het omringende heuvellandschap rond
Peccioli, is ook niet verkeerd en zodra we de eerste klanken horen lopen we via
de buitenste ringmuur van Peccioli in de richting van het openluchttheater. We
kunnen er vanuit de verte mooi op kijken en krijgen toch behoorlijk wat van de
muziek mee. Na één of twee nummer geluisterd te hebben terwijl we een beetje
mensen kijken en genieten van het uitzicht lopen we verder richting het theater
en vervolgens op aanwijzing van Monika naar de parkeerplaats boven het theater
waar onder andere een pizzakraam en nog wat eettentjes ingericht zijn.
De pizza ruikt toch wel heel lekker en Samuele wil ook wel
een punt dus bestellen we er eentje die we met zijn allen delen. Onder het
genot van een lekkere pizza punt luisteren we naar het concert.
Na een aantal nummers houden we het voor gezien en lopen nog
even naar het “kaffeehaus”, een hoog gelegen punt in het dorp waar tegenwoordig
Peccioli Avventura zit, een soort grote survival baan, en een nieuw buitencafé
waar je ook wat kleinere gerechten kunt
krijgen en een mooi uitzicht hebt. Een ideetje voor als we hier in september
zijn, de bar / restaurant bedoel ik, want de avonturenbaan laten we liever aan
Samuele over.
Helaas zijn we net te laat bij de auto om nog voordat het
concert afgelopen is het dorp uit te komen, maar uiteindelijk arriveren we toch
nog vrij vlot in Montecchio omdat de meeste auto’s de andere kant op gaan.
Thuis aangekomen beloven we Monika dat we de volgende middag voor we vertrekken
nog even afscheid komen nemen en dan zit onze vakantie er echt bijna op. We nemen
allebei nog een glaasje wijn zodat morgen ook de laatste fles naar de glasbak
kan. Hup ook bij de rest van de verzameling.
Morgen moeten we nog wat klusjes doen voor we aan het
begin van de avond naar huis vliegen, maar daarover meer in de blog van morgen.